Irsai Olivér
De Irsai Olivér druif groeit alleen in Hongarije en geeft muskaatachtige wijnen met exotische geuren en spannende aroma's van lychees, gember en rozen. De wijn zelf is vaak fris en meestal onverwacht droog. Irsai Olivér wordt jong gedronken.
Voor meer informatie zie onderaan de pagina.
De Irsai Olivér is een typisch Hongaarse druif. Een zekere Adolf Stark kruiste in 1930 twee andere Hongaarse druiven: de Pozsonya en Csabagyòngye (met als fraaie bijnaam de 'Parel van Csaba'). Deze 'vader' en 'moeder' zijn zelf - ook in Hongarije - in de vergetelheid geraakt.
Aanvankelijk werd de Irsai Olivér gegeten, als tafeldruif. Pas later zijn Hongaarse wijnmakers hem als wijndruif gaan waarderen. De Irsai Olivér komt alleen voor Hongarije, vooral in Etyek-Buda bij Boedapest en rondom het Balaton meer. Na de Tweede Wereldoorlog is de Irsai Olivér één van de populairste witte druiven in Hongarije geworden.